Er is geen twijfel mogelijk dat de aanhoudende COVID-19-pandemie de automobielindustrie heeft teruggeplaatst in wat een cruciaal jaar zou worden voor de markt voor elektrische voertuigen (EV’s). Veel mensen lobbyen nu al voor een duurzame heropbouw van de economie wanneer de pandemie eindigt en daar spelen EV’s een belangrijke rol.
Hoewel de belangstelling voor EV’s de afgelopen tien jaar gestaag is gegroeid, hebben veel potentiële autokopers nog steeds misvattingen die hen ervan weerhouden de sprong naar elektrisch te maken. Deze misvattingen gaan meestal over de kosten, prestaties, praktische aspecten en de werkelijke milieuvoordelen van EV’s. In dit artikel lees je over de meest voorkomende bezwaren die consumenten hebben. We bekijken ook meteen of ze gerechtvaardigd zijn.
1. Zijn EV’s net zo betaalbaar als benzineauto’s?
Sommige mensen vermeden elektrische en hybride modellen, in de veronderstelling dat een EV met een flink prijskaartje komt. EV’s zijn echter veel goedkoper geworden in aanschaf en meestal betaalbaarder op de lange termijn. In Spanje is bijvoorbeeld de aanbevolen catalogusprijs van SEAT voor de Mii Electric slechts € 17.900 (ES) en de Nissan Leaf, een van de populairste EV-modellen op de markt, is verkrijgbaar voor € 25.900 (EN). Bovendien kun je in heel Europa tot € 6.000 besparen op de aankoopprijs dankzij diverse stimulansen voor elektrische voertuigen. Dit maakt heel wat EV’s goedkoper dan brandstofauto’s die nu op de markt zijn. Bovendien zijn EV’s ook voordeliger in bezit dan hun tegenhangers die op benzine rijden. Uit onderzoek (EN) in de VS blijkt dat een eigenaar van een EV gemiddeld $ 632 per jaar aan gebruikskosten bespaart in vergelijking met iemand die een brandstofauto rijdt. Dit betekent dat duurdere EV-modellen binnen een paar jaar nog steeds rendabeler kunnen zijn dan hun goedkopere benzinetegenhangers (zie bovenstaande afbeelding).
Wat zijn de belangrijkste oorzaken van deze besparingen? Naast de eerdergenoemde EV-stimulansen komt het vooral door brandstofbesparing en lagere onderhoudskosten. Het eerste is een gevolg van goedkopere ‘brandstofkosten’ per kilometer, omdat elektriciteit goedkoper is dan benzine en EV’s efficiënter zijn dan brandstofauto’s. Over het onderhoud legt het Amerikaanse ministerie van energie uit dat de onderhoudskosten voor EV’s lager zijn, omdat ze minder vloeistoffen (olie en transmissievloeistof) hebben die regelmatig ververst moeten worden en veel minder slijtageonderdelen die onderhoud of vervanging nodig hebben. Tot slot gebruiken elektrische auto’s een proces dat regeneratief remmen wordt genoemd, dat gebruik maakt van de kinetische energie die normaal gezien verloren gaat en bij EV’s teruggebracht wordt naar de accu. Dit leidt er ook toe dat de remblokken minder vaak vervangen moeten worden door de jaren heen.
Het is belangrijk op te merken dat de zwaardere carrosserie en het direct beschikbare koppel van de elektrische auto ervoor zorgen dat bandenrotaties en vervangingen van banden vaker nodig kunnen zijn dan bij traditionele auto’s. En EV-eigenaren zullen uiteindelijk ook de accu van hun auto moeten vervangen, wat kostbaar kan zijn. De meest EV-accu’s gaan naar verwachting echter ongeveer 10 jaar mee en uit rapporten blijkt dat de kosten van autoaccu’s aanzienlijk gedaald zullen zijn tegen de tijd dat die van jou aan vervanging toe is. Maar vergeet niet dat het reviseren van de motor van een brandstofauto tot € 7.000 kan kosten en, alles in overweging genomen, EV’s gewoon minder vaak naar de garage hoeven en veel goedkoper zijn in bezit.
2. Zijn EV’s net zo snel als brandstofauto’s?
Veel mensen associëren het diepe geluid van ronkende motoren met kracht en verwarren de stilte van EV’s met een gebrek aan snelheid en prestaties. In feite is het tegenovergestelde waar. EV’s accelereren sneller dan benzineauto’s en zijn meer dan snel genoeg voor dagelijks gebruik.
De reden hiervoor is dat elektromotoren veel eenvoudiger zijn dan verbrandingsmotoren. Daarom kunnen EV’s vanaf 0 kilometer het volledige koppel, de kracht die het voertuig aandrijft, leveren. Wat zorgt voor een directe acceleratie. In vergelijking hiermee doen traditionele verbrandingsmotoren er langer over om het door de motor gegenereerde vermogen naar de wielen (EN) te krijgen en hebben ze wellicht een hoger toerental nodig om het maximale koppel te bereiken. Bij traditionele brandstofauto’s wordt het vermogen bovendien door meer bewegende delen gebruikt waardoor ze minder efficiënt zijn, denk daarbij aan de versnellingsbak.
Dat gezegd hebbende, de vereenvoudigde motor van elektrische auto’s heeft ook een nadeel. Aangezien de meeste EV’s het moeten doen zonder meerdere voorwaartse versnellingen, moeten autoproducenten een compromis sluiten tussen acceleratie en topsnelheid. Je kunt dit dilemma vergelijken met de keuze voor slechts één versnelling voor je fiets: de hoogste versnelling maakt het moeilijk om op te starten, met de laagste versnelling is het lastig versnellen. Als gevolg daarvan kiezen veel EV-producenten voor de middenweg, wat vaak lagere topsnelheden betekent in vergelijking met hun op benzine lopende tegenhangers met meerdere versnellingen. Toch zijn de topsnelheden van de meest populaire EV’s (EN) hoog genoeg om de snelheidslimieten die in de meeste delen van de wereld zijn toegestaan te halen, waardoor ze snel genoeg zijn voor normaal gebruik. Dus tenzij je autocoureur bent, zal de topsnelheid van je EV meer dan voldoende zijn.
3. Hoe verhoudt de actieradius van EV’s zich tot benzineauto’s?
Volgens een recent onderzoek (EN) is de meest voorkomende zorg van potentiële kopers de actieradius, veel mensen maken zich zorgen over de afstand die een EV kan afleggen. Deze zorg kunnen we loslaten, omdat veel nieuwere EV-modellen al eenzelfde bereik hebben als de gemiddelde benzineauto, terwijl de prestaties steeds beter worden.
Hoewel een gemiddelde benzineauto bijvoorbeeld tot 482 km (300 mijl) (EN) kan rijden op een volle tank, hebben de meeste elektrische modellen een bereik van 200-490 km (124-304 mijl) op één keer laden. Als we kijken naar meetgegevens van het WLTP (EN) zien we dat nieuwere EV-modellen zoals Hyundai Kona Electric (484 km) (EN), Chevrolet Bolt EV (459 km) (EN) en Kia e-Niro (455 km) (EN) al vergelijkbare afstanden bereiken als de gemiddelde brandstofauto. Om de zaken in perspectief te zetten: dit betekent dat je gemakkelijk van Groningen naar Maastricht (327 km) of van Amsterdam naar de Franse grens bij Lille (316 km) kunt rijden zonder dat je hoeft te stoppen om te laden. Bovendien kunnen luxe auto’s zoals de Tesla Model S Long Range zelfs tot 610 km rijden met een volle accu, wat een rit van Amsterdam naar Straatburg binnen het bereik van een enkele laadsessie brengt. Uit een rapport van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek van de Europese Commissie (EN) blijkt dat de gemiddelde rijafstand per dag tussen de 40 en 90 km ligt, waardoor zelfs oudere EV-modellen prima in staat zijn om de gemiddelde dagelijkse afstanden af te leggen.
4. Zijn er genoeg laadstations?
Veel mensen maken zich ook zorgen over de vraag of het huidige laadnetwerk uitgebreid genoeg is om elektrisch rijden mogelijk te maken. In werkelijkheid is deze vraag eigenlijk minder belangrijk dan hij lijkt. De meeste mensen rijden ongeveer 40-90 km (EN) per dag, wat betekent dat ze gewoon ‘s nachts thuis kunnen opladen, zonder een openbaar laadstation nodig te hebben. Omdat je je benzineauto’s nu eenmaal niet thuis kunt voltanken, heeft het weinig zin om het aantal openbare laadstations te vergelijken met het aantal benzinestations (EN).
En deze zorg zal, nu het aantal laadstations over de hele wereld snel toeneemt, in de loop der tijd alleen maar minder relevant worden. Je kunt openbare laadstations makkelijk vinden op speciale kaarten zoals Open Charge Map (EN), PlugShare (EN), Chargmap (EN) of zelfs Google Maps. Uit onderzoek (EN) blijkt ook dat, terwijl er in 2011 in Europa nog maar 2.379 publieke laadstations waren, het aantal in 2020 naar meer dan 190.000 is gesprongen. De programma’s die de laatste tijd door bedrijven (EN) zijn opgezet en de overheidsstimulansen om het aanbod van laadpunten te verhogen zullen ook in de toekomst hun vruchten afwerpen. Zoals je ook in ons artikel ‘De impact van COVID-19 op het milieu’ kunt lezen, ligt er een enorme kans om het EV-laadlandschap te versterken en een duurzamere planeet te creëren, in de heropbouw van onze economieën na de COVID-19-uitbraak.
5. Is EV-laden snel genoeg?
Een andere algemene misvatting onder potentiële kopers gaat over de tijd die het kost om een EV op te laden. Maar omdat je met een EV de mogelijkheid hebt om thuis te laden, kun je gewoon je auto aansluiten als je thuiskomt en ‘s nachts laden. Dit maakt het opladen van een EV veel makkelijker en het betekent dat je auto elke ochtend volledig geladen is.
Dankzij de technologische ontwikkelingen in de afgelopen jaren zijn de laadtijden bovendien aanzienlijk verbeterd. Zo is het nu bijvoorbeeld mogelijk om een Nissan Leaf (accucapaciteit 30 kW) met een snelle lader van 22 kW in ongeveer 90 minuten op te laden. Daarnaast komen er op dit moment ultrasnelle EV-laders op de markt met een capaciteit van 150 kW of hoger. Dat betekent dat het binnenkort mogelijk is om EV in slechts enkele minuten (in plaats van uren) op te laden.
6. Is een EV echt een schonere en groenere keuze?
Lange tijd was er enige scepsis over de vraag of elektrische voertuigen echt beter zijn voor het milieu. Het korte antwoord is ja, geëlektrificeerde vervoer is echt groener en baant de weg voor een duurzamere toekomst. Zo is bijvoorbeeld aangetoond dat de elektrische versie van de gemiddelde middelgrote auto het beter doet op het gebied van luchtvervuiling dan zijn benzinetegenhanger (EN).
Omdat EV’s worden aangedreven door elektriciteit, zijn ze milieuvriendelijker om te rijden dan benzineauto’s. Daarbij is het natuurlijk net zo belangrijk dat de energie die wordt gebruikt om EV’s te laden uit een schone bron komt. Omdat de energieproductie uit hernieuwbare bronnen per dag of seizoen kan verschillen, bieden EV’s een ander voordeel. Dankzij slimme laadtechnologie kunnen we het EV-elektriciteitsverbruik afstemmen op de beschikbaarheid van hernieuwbare energie, waardoor het opladen van je EV nog schoner wordt.
Een andere vraag gaat meestal over de milieuvriendelijkheid van het productieproces van een EV. Onderzoek (EN) heeft aangetoond dat EV’s tijdens hun levensduur veel minder uitstoot produceren dan voertuigen die op benzine lopen. De productie van lithium-ion-accu’s en het proces om daar grondstoffen voor te verkrijgen, genereert echter wel afval en schadelijke emissies. Het is dus van groot belang om verbeteringen door te voeren in de hele toeleveringsketen, de processen en de manier waarop alle betrokkenen hierdoor worden beïnvloed om EV’s zo nog milieuvriendelijker te maken.
Er zijn al positieve ontwikkelingen zichtbaar, de productie van lithium-ion-accu’s veroorzaakt bijvoorbeeld vandaag de dag minder dan de helft van de uitstoot dan in 2017 het geval was (EN). Er is ruimte voor verdere verbeteringen als we kijken naar de locatie waar de accu’s gemaakt worden en de productieprocessen. Batterijen die in Europa worden gemaakt, zouden bijvoorbeeld een kleinere CO2-voetafdruk hebben, omdat producenten groenere energiebronnen gebruiken om hun productiefaciliteiten van stroom te voorzien (EN). De invoering van betere productiemethoden en recyclingprocessen zou de uitstoot ook aanzienlijk (EN) verminderen.
Bovendien komen er steeds meer initiatieven met betrekking tot het hergebruik van accu’s aan het einde van hun levensduur. Deze accu’s kunnen bijvoorbeeld worden omgebouwd om als energieopslag te dienen (EN) en leveren dan nog steeds tot 70% van hun vermogen. Recyclingprocessen worden ook steeds beter, wat betekent dat meer bedrijven in staat zijn om kostbare metalen uit batterijen te halen (EN) voor hergebruik. Dit voorkomt niet alleen verontreiniging, maar helpt ook om de groeiende vraag naar grondstoffen te beteugelen, die tot overexploitatie in de mijnbouw leidt.
Alles bij elkaar genomen blijft overeind dat EV de groenere, schonere keuze voor transport is.
7. Is ons elektriciteitsnet klaar voor een volledige overgang naar EV?
Sommige mensen vragen zich ook af of onze netwerken klaar zijn om alle EV’s in de toekomst van stroom te voorzien. In werkelijkheid zullen EV’s geen probleem vormen, maar een oplossing zijn voor de elektriciteitsnetwerken, met name als we de transitie maken naar een duurzamere samenleving.
Ja, meer EV’s zullen leiden tot een toename van de energievraag. Maar dankzij twee technologieën, slim laden en bidirectioneel laden, zal het elektriciteitsnet de toename in vraag prima aankunnen zonder dat dure opwaarderingen van de infrastructuur nodig zijn. Zoals we in ons artikel ‘voordelen van Smart Charging’ hebben uitgelegd, kunnen netbeheerders bijvoorbeeld gebruikmaken van slim laden om dynamische energiesystemen te ontwikkelen, die zijn aangesloten op elektrische auto’s. Dit zou ons in staat stellen om de energievraag als gevolg van het opladen van auto’s te verschuiven naar momenten buiten de piekuren, wat betekent dat de totale energiecapaciteit geen opwaardering nodig heeft. In ons artikel over de rol van elektrisch transport in de klimaattransitie leggen we ook uit dat EV’s met behulp van bidirectionele laders belangrijke opslagcapaciteit kunnen bieden om elektriciteitsnetten die voor het grootste deel gebruik maken van hernieuwbare energie te ondersteunen. Door deze twee technologieën te combineren, is het mogelijk om de druk op onze bestaande infrastructuur verminderen. We kunnen onze auto’s ‘s nachts opladen als er minder vraag naar elektriciteit is en ze vervolgens gebruiken om onze huizen of het elektriciteitsnet tijdens piekuren van stroom te voorzien.
Elektrische voertuigen zijn toekomstbestendig
In alle markten hebben omzetten een behoorlijke klap gehad als gevolg van de pandemie. Niettemin tonen rapporten aan dat de belangstelling voor elektrische auto’s springlevend is, ondanks de dalende verkoop van auto’s. In het Verenigd Koninkrijk was een aanzienlijke stijging te zien in de registratie van elektrische en hybride auto’s (EN), ook al daalden de totale registraties met bijna de helft van de verwachte aantallen. De consument toont grote belangstelling in de overstap naar elektrisch (EN) en dan hebben we het niet alleen over de keuze voor particuliere auto’s. Er is een duidelijke vraag naar meer investeringen in infrastructuur, openbaar vervoer en veranderingen op het gebied van belastingen. Deze bereidheid van het publiek om veranderingen door te voeren, zal een fundamentele rol spelen bij de geleidelijke afschaffing van fossiele brandstofauto’s op de lange termijn. De keuze is aan ons, en de keuze is makkelijker dan je zou denken. Elektrische voertuigen kunnen net zo praktisch en kosteneffectief zijn als benzinevoertuigen en net zo’n plezier om in te rijden. In veel gevallen zelfs nog beter. En ze helpen ons op weg naar een duurzamere toekomst.